Bijna Klaar …
“Ik kom al! Bijna Klaar!” riep mijn zus Wipke, van bovenaan de trap.
Ik stond in de woonkamer, armen over elkaar, nauwelijks mijn woede bedwingend die door mij heen mijn raasde.
“We moeten nu écht vertrekken!” riep ik de trap omhoog naar haar. Verdomme, Wipke zou alles verpesten!
“Heel even nog, Max, bijna klaar!” riep Wipke weer. Haar geroep werd gevolgd door een luide knal.
Het klonk alsof ze iets zwaars had omgegooid. Ik was te kwaad om me zorgen te maken of mijn zus wel in orde was. Voor wat voelde als de honderdste keer, keek ik op mijn telefoon. We waren al een uur achter op schema. Een heel uur! Een uur geleden zouden we in Mama’s auto stappen. En 40 minuten geleden zouden we onze vrienden bij hun respectievelijke huizen hebben opgehaald en op pad zijn gegaan. En twintig minuten geleden zouden op weg zijn geweest naar onze bestemming. En op ditzelfde moment zouden we de parkeerplaats op hebben moeten rijden, uitstappen en naar het Zomerfestival gaan, een feest vol mysterie, magie, avontuur en natuurlijk, alcohol.
En dan zou ik eindelijk een kansje hebben met het meisje van mijn dromen, Julia, en dan zouden we … Nou ja, het maakte nu niet meer uit wat Julia en ik zouden kunnen doen, want mijn zusje, Wipke, was nog niet eens naar beneden gekomen, laat staan dat we het huis uit en in de auto zouden kunnen geraken!
“Het spijt me, ik doe echt mijn best,” riep Wipke. “Maar het is gewoon, eh, erg ingewikkeld.” Ik zag een flits van een groene jurk door de gang op de bovenverdieping naar de badkamer.
Ik keek naar mijn eigen outfit. Ik had een donkerblauwe tuniek met witte stiksels in een soort Egyptisch patroon. Het hing losjes om mijn brede lichaam. Een touw om mijn heupen, en donkerbruine sandalen. In plaats van een portemonnee had ik een zakje om mijn nek gebonden met mijn bankpasje en mijn smartphone. Een perfect Festival Kostuum, en het had me maar vijf minuten gekost om het aan te trekken. Waarom zou het dan bij Wipke dan zo lang moeten duren?
“Als je niet opschiet, ga ik zonder jou!” riep ik, en het was niet de eerste keer dat ik dit loze dreigement uitte.
“Waag het niet!” riep Wipke, en haar stem galmde vanuit de badkamer.
Mijn zusje was altijd al zo geweest. Altijd al! Volgens Mama had Wipke haar uitgerekende geboortedatum ook met twee weken gemist, en dat was nog maar het begin. Het was niet zo dat mijn zusje lui was, nee verre van dat. Ze was een constante bundel van ongebreidelde energie. Maar dat was juist het probleem. Ze werd altijd afgeleid door alle dingen om haar heen, en was daar zo druk mee, dat ze weer drie nieuwe ideeën kreeg. En ze had ook zoveel kleren, dat ze niet wist waar zij ze het allemaal moest laten!
Allemaal redenen waarom Wipke absoluut niet in staat was, om ooit ergens op tijd mee te zijn.
Meestal liet ik me er niet door storen. Ik was al het huis uit, eerstejaars op de universiteit, en zo punctueel als maar kan. Trouwens, ondanks haar totaal waardeloze timing, mocht ik mijn zusje wel. Ze was lief en zorgzaam, en zo vol levendigheid dat het moeilijk was om je niet gelukkig te voelen, als zij in de buurt was. Ze was net een shot endorfine. Maar op dat moment kon ik me dat totaal niet schelen, omdat we al zóveel te laat waren.
Ik pakte de autosleutels van tafel. Nu was het genoeg! Ik ging gewoon! Wipke kon naar de maan lopen. Julia wachtte op mij en ik wilde die afspraak echt niet missen.
“Klaar!” riep Wipke vrolijk, terwijl ze de trap afkwam.
Ik verstijfde. Mijn mond viel open. De autosleutels vielen rinkelend op de grond. Plotseling begreep ik, waarom Wipke er zo lang over had gedaan!
“Wat vind je ervan?” vroeg ze, terwijl ze een sierlijke pas op de plaats maakte.
“Wauw!” Dat was het enige woord dat ik kon uitbrengen.
Wipke droeg kniehoge, leren laarzen met zilveren gespen. Haar bosgroene leren minirokje kwam tot ongeveer halverwege haar dijen. Ze had een bruine riem met een grote zilveren gesp over haar heupen. Daarboven een strak bijpassend topje dat haar navel bloot liet en haar perfecte meisjesborsten omhoogduwde. Haar armen waren bloot, maar ze had ze van schouder tot pols beschilderd met een sprankelend turkoois en roze patroon van wervelende vlammen. In haar hand hield ze een staf, gemaakt van een kronkelende tak die een halve meter langer was dan zij zelf.
Wipke had haar gezicht net zo minutieus opgemaakt. Haar lippen waren vol en rood, haar wangen waren roze en haar ogen hadden donkere oogschaduw. Ze had haar lange haren in een knotje, maar aan de voorkant had ze twee kronkelende haarslierten, die tot onder haar kin hingen. En ze had puntige elfenoren! En op haar hoofd, het topstuk van de veiling, droeg een krullende kroon van braamstruiken.
Oh mijn God!
Mijn schattige zusje was veranderd van een in een prachtig, volledig opgetuigd en hartstochtelijk elfenzusje! Ik moest toegeven, Wipke zag er echt geweldig uit!
“Je ziet er geweldig uit, Wip,” zei ik, eindelijk in staat om woorden te vinden. “Hoe heb je dat voor elkaar gekregen?”
“Vrienden van de toneelschool hebben me geholpen,” zei Wipke. “Ziet het er goed uit?”
“Het ziet er … Wauw uit,” zei ik. Ik had nauwelijks het vermogen om te spreken teruggevonden.
“Ik ben Tinkerbel, het elfje Peter Pan,” zei Wipke. “Ken je haar?”
“Oh,” zei ik. Het duurde even voordat ik het me herinnerde. Het was in mijn laatste jaar op school geweest. Er was een toneelvoorstelling in de Aula en Wipke speelde de rol van Tinkerbel, het elfje. Ik had me eigenlijk nooit gerealiseerd, hoezeer ze in die rol was opgegaan.
“Nou, blijf daar niet met open mond staan staren,” zei Wipke. “Want we zijn een beetje laat!”
“Juist,” zei ik. Ik was zo onder de indruk van haar outfit, dat ik helemaal was vergeten om boos op haar te zijn.
Ik pakte de autosleutels van de vloer en we haastten ons naar buiten. Maar Mama’s auto stond niet op de oprit!
“Oh shit!” zei ik, kijkend naar de lege parkeerplek. Mijn arme hersenen konden niet bevatten hoe dit in vredesnaam kon. Net zoals wanneer een hond ziet dat zijn hondenmand naar de andere kant van de huiskamer is verplaatst. Mijn hele begrip van de werkelijkheid stortte als een kaartenhuis in elkaar.
Ik pakte meteen mijn telefoon en belde Mama, met een stem verstikt van wanhoop.
“Oh, ik moest nog wat boodschappen doen en zag dat mijn auto er nog stond,” zei Mama. “Ik dacht dat jullie had besloten om iets anders te gaan doen.”
“Wipke was te laat,” zei ik.
“Dat is normaal,” zei Mama. “Nou, ik ben over een uurtje terug, als je mijn auto dan nog nodig hebt.”
“Maar we zijn nu al veel te laat!” riep ik, alsof mijn moeder daar iets aan kon doen.
“We nemen mijn Lelijke Eend wel,” zei Wipke, luid genoeg om door onze moeder te worden gehoord.
“Goed idee, tot later!” zei Mama en ze verbrak de verbinding, voordat ik verder kon argumenteren.
Ik wendde me tot mijn zusje. “Wipke, dat gaat niet!”
Maar Wipke liep al naar onze garage voordat ik haar kon tegenhouden. Ze drukte op de schakelaar, om de garagedeur te openen. De deur piepte en knarste alsof ik onze hond op zijn staart had getrapt.
De garagedeur ging open en onthulde het Lelijke Eendje, een Deux Cheveaux uit het begin van de jaren 90 met meer dan 300.000 kilometers op de teller. Een echte klassieker inmiddels!
Hij was eerst van mijn ouders geweest, maar ze hadden hem aan mij gegeven toen ik mijn rijbewijs had gehaald. En toen ik naar de universiteit ging, had ik hem weer aan Wipke doorgegeven, die hem Eendje Kwak had gedoopt, of kortweg Kwakje. Hoogstwaarschijnlijk zouden mijn ouders we hem op een dag weer doorgeven aan hun kleinkinderen. Want Kwakje was een echte overlever!
“We kunnen Kwakje niet nemen,” zei ik, terwijl ik mijn hand door mijn haar haalde. De drang om mezelf de haren uit te trekken werd steeds sterker.
“Waarom niet? Hij loopt prima,” zei Wipke. “Ik heb hem gisteren nog gebruikt. Wat is het probleem?”
“Nou, om te beginnen zullen we niet in passen,” zei ik.
Wipke telde af op haar vingers. “Jij, ik, Jaap, Willem, Theo, Julia… Oh shit, nee!”
“Nou, dat zei ik toch al?”
Daarom had ik gevraagd om Mama’s auto te mogen lenen. Met die middelbare schoolvrienden van mij die ook meegingen, was haar extra grote SUV een noodzaak.
“We zullen gewoon moeten een beetje moeten inschikken,” zei Wipke. Ze maakte een klein sprongetje, toen een nieuw idee bij haar opkwam. “Dan kan Julia misschien wel bij jou op schoot zitten!”
Mijn zusje wist natuurlijk van mijn verliefdheid. Ze had me er al vaak mee geplaagd. Eventjes was het beeld van Julia op mijn schoot genoeg om me te laten denken dat dit misschien wel zou kunnen.
“Echt waar?” lachte Wipke, haar groene ogen wijd opengesperd. “Ben je nog steeds gek op Julia?”
Julia was altijd mijn idool geweest op de middelbare school. Dat was niet iets dat wegsmolt, als je naar de universiteit ging.
“Dat was een jaar geleden,” zei Wipke. “Je hebt toch al lang een andere meid gevonden?”
“Melissa en ik zijn uit elkaar,” zei ik.
“Dacht je soms dat dit festival het juiste moment was om eindelijk de eerste stap te zetten naar je allereerste liefde?” vroeg Wipke. Ondanks het speelse geklets van mijn zus klonk ze niet echt plagend, wat ik op wel prijs stelde.
“Zoiets,” zei ik, starend naar de zonovergoten stoep. “Dat is toch niet het domste idee ooit?”
Wipke draaide aan een van haar haarsliertjes en keek me onderzoekend aan.
“Nee, dat is niet het slechtste idee,” gaf ze toe.
“Hoe dan ook, ik ga de anderen even appen en kijken wat ze willen doen,” zei ik.
Even later kreeg ik een reactie van Jaap. “We zij al onderweg!”
Wat nu?
Ik belde hem, voordat ik nog meer in paniek zou raken.
Hij nam op zonder hallo te zeggen. “We waren het zat om op jullie te wachten, man!” zei Jaap boven het lage gebrom van het weggeluid uit.
“Hoi Max!” riep Julia ergens van achteren. Mijn hart sloeg een slag over, bij het horen van haar stem.
“We hebben Willems auto genomen,” zei Jaap. ‘Een soort van Toyota-ding.”
“Hij is supergaaf!” riep Julia, kleur aan het gesprek toevoegend.
“Wij gaan nu pas weg,” zei ik. “Zien we elkaar dan bij het Festival?”
“Is goed,” zei Jaap.
Ik rende al naar Kwakje, terwijl Wipke mij volgde, alsof we alle tijd van de wereld hadden.
We waren op weg. Eindelijk! Maar de weg zat aardig verstopt met verkeer, alsof ik nog meer problemen nodig had. Kwakje piepte en kreunde elke keer als Wipke vol gas gaf, maar haalde alleen zijn normale slakkengangetje.
“Maar serieus, wat is er met jou en Julia aan de hand?” vroeg Wipke.
“Ik weet het niet, maar ik vind haar gewoon leuk,” zei ik. “Dat heb ik altijd al gevonden. Dat weet je toch?”
“Ik denk dat ik er een beetje niets van begrijp,” zei Wipke. “Ik bedoel, ze is best aardig en zo. En oké, ze heeft ook grote tieten. Maar wat heeft ze verder?”
“Het zijn niet haar grote tie … Jezus Wipke!” zei ik. “Ik wil het hier niet over hebben, met mijn zus!”
“Ook prima,” zei Wipke. Ze zweeg even, alsof ze haar opties overwoog.
“Kijk, je weet best dat je steun en zo. Ik wil graag ook dat je gelukkig wordt. Maar je loopt al een eeuwigheid achter dat meisje aan en er is nooit niets gebeurd. Dus, wat wil je eigenlijk?”
“Ik heb haar nog nooit verteld wat ik voor haar voel,” zei ik.
Op de middelbare school was ik een onhandige nerd. En heel verlegen. En Julia was een ongelooflijk aantrekkelijk. Het soort meisje op een middelbare school, dat zowel extreem sexy is maar ook een beetje dom. Perfect om verliefd op te worden dus.
Maar op de universiteit veranderde dat allemaal. Ik ging een paar keer uit, verloor mijn maagdelijkheid aan mijn eerste serieuze vriendin. En nu Melissa en ik uit elkaar waren, dacht ik dat ik mijn kans moest wagen bij Julia. Ik zou het mezelf nooit vergeven als ik dat niet deed!
“En jij dan?” vroeg ik, van onderwerp veranderend. “Jouw outfit is ook behoorlijk pittig! Probeer jij soms iemand in het bijzonder op te pikken?”
“Nee,” zei Wipke, maar net iets te snel, dus ik vroeg door:
“Ken ik hem?”
“Dat zeg ik niet!” zei ze, maar ze bloosde als een pioenroos.
Wipke wikkelde weer een van haar haarslierten om haar vinger. Opnieuw bewonderde, ik hoe geweldig ze zichzelf had opgemaakt. Niet alleen de complexiteit van haar outfit, het personage dat ze speelde en dat zo goed bij haar paste, maar ook de manier, waarop dat haar mooie lichaam liet zien. Haar strakke buikje en haar mooie borstjes. Ze was een aantrekkelijk exotisch wezen, dat op de een of andere mysterieuze manier op de chauffeursstoel van een oude 2CV terecht was gekomen.
“Ik weet het niet, ik vond haar altijd al leuk”, zei Wipke. “Tinkerbel, bedoel ik. En toen ik mijn toneelvrienden mijn schetsen liet zien, boden ze aan om mij te helpen. Aardig gelukt, vind je niet?”
“Geweldig,” stemde ik in.
“Het wachten waard, toch?”
Ik waagde het om mijn ogen even van de weg te halen en naar mijn zusje te kijken.
“Nee…” loog ik.
Wipke barstte in lachen uit en draaide weer aan haar haarsliert. Ik had moeite om niet te staren naar al die boeiende zaken die mijn zusje nauwelijks onder haar elfenkostuum verborgen hield.
Wipke parkeerde in een weiland, in het gras, helemaal aan de achterkant, tegen een bos aan. De parkeerplaats leek eindeloos groot, helemaal gevuld met auto’s, en we waren erg laat dus stonden we helemaal achteraan. Het was een rustige en schaduwrijke plek, die landelijk zou zijn geweest, als we niet waren omringd door rijen voertuigen en bruine moddersporen die ze hadden opgeworpen om daar te komen.
“Ik wist niet, dat die parkeerplaats zo groot was,” zei Wipke, die uitstapte uit haar Kwakje. Opnieuw moest ik mijn ogen ergens anders heen laten kijken, toen het mijn prachtige zusje werd blootgesteld aan de volle zon. Haar lange, lenige armen en de verrassend prominente, parmantige borstjes en dat stevige kontje.
“We zijn absoluut aan het einde van de wereld,” zei ik. “Ik zou je hier rustig kunnen vermoorden, zonder dat iemand het ooit te weten zou komen.”
“Mama zou achterdochtig wel worden, als je alleen thuiskwam,” zei Wipke.
“Ik zou haar vertellen, dat je weer eens veel te laat was,” zei ik.
Wipke’s ogen spuugden vuur, maar ze reageerde niet.
We begonnen over het enorme parkeerterrein te lopen. Ik was blij dat ik ervoor had gekozen om comfortabele sandalen te dragen. Terwijl we liepen, appte ik Julia, om te zien waar ze was, maar ze appte niet terug.
“Ze zijn waarschijnlijk ergens op het festival terrein,” zei Wipke, alsof dit een diepe wijsheid was. “Maak je maar geen zorgen, we zullen ze wel vinden.”
“Het zou geen probleem zijn, als we op tijd waren geweest,” zei ik.
“Het is het wel waard,” zei Wipke, terwijl ze naar haar outfit wees. Ze draaide een rondje en begon verder over de parkeerplaats te huppelen.
Dat was precies nou het probleem met mijn zusje! Ze was altijd zo bruisend en opgewekt, dat je jezelf een klootzak voelde, als je boos op haar werd. En zelfs nu Wipke duidelijk degene was, die de schuld had van mijn problemen, hoefde ik niet te vechten tegen de aandrang om mijn zusje te wurgen, maar haar in plaats daarvan had ik haar het liefste wilde knuffelen.
We staken de straat over van de parkeerplaats naar de ingang en liepen een met gras begroeide heuvel op, waarna we bij een hutje kwamen, waar ze de kaartjes verkochten. Ik leunde tegen het loket en betaalde voor mezelf en Wipke, en we gingen door de ingang. Een man in een narrenkostuum riep naar ons.
“Waarom ga je met zo’n loser, mooie elf?” riep de nar. “Ik weet zeker dat je een veel leukere metgezel kunt vinden, dan hem!”
Ik realiseerde me dat hij met Wipke aan het versieren was. Mijn zusje maakte er een showtje van, door mij om te draaien en mij van alle kanten te bekijken. Ik zie er niet slecht uit, breed in de schouders met van nature goed gedefinieerde dijen en kuiten. Ik was ook begonnen met sporten, toen Melissa en ik uit elkaar waren gegaan en nu kon je mijn buikje nauwelijks meer zien onder mijn Romeinse tuniek. Met andere woorden, ik vond dat ik er best goed uitzag, alles bij elkaar genomen. Maar de opmerking van die nar en Wipke’s kritische blikken deden me weer aan mezelf twijfelen.
“Ik vind hem best leuk,” zei Wipke schouderophalend tegen de nar.
“Nou, als je een leuke vent wilt, dan weet ik wel een betere,” antwoordde hij.
Weer keek Wipke mijn kant op, nadenkend met een vinger onder haar kin.
“Nou, ik denk dat ik toch deze maar hou,” zei ze. “Hij is heel schattig!” Toen pakte ze mijn hand en trok me mee het terrein op.
Het was alsof ik een andere wereld binnenstapte. Totaal anders dan die buitenwijk, vanwaar we die ochtend te laat waren vertrokken. Mannen liepen voorbij in leren harnassen, terwijl de vrouwen felgekleurde jurken en namaakjuwelen droegen. Veel van de mensen die we passeerden hielden hotdogs en bierpullen vast. Er klonk luide muziek en valse zang. Overal hingen lange, veelkleurige linten. In de verte was een open veld met kleine, houten hutjes.
Ondanks alle afleiding kon ik mijn gedachten niet afhouden van wat Wipke zojuist had gezegd.
“Vind je mij echt schattig?” vroeg ik.
“Zeker,” zei Wipke. Ze hield even stil. “Ik bedoel, in elk geval wel zo tamelijk veel, voor een oudere broer, dan.”
“Bedankt,” zei ik. “Dat betekent wel wat voor me.”
“En ik dan? Vind je mij ook schattig?” vroeg Wipke, langs haar haarsliert strijkend. “Voor een jonger zusje dan, bedoel ik?”
Ik keek naar Wipke in haar ongelooflijke elfenkostuum. Schattig was niet het eerste woord dat ik zou gebruiken, om mijn zusje te beschrijven. Eerder zoiets als … bloedgeil!
“Je ziet er heel goed uit,” zei ik, in een poging om diplomatiek te zijn. Ik bezorgd dat mijn neutrale lof Wipke’s gevoelens zou kwetsen, maar in plaats daarvan bloosde mijn mooie zusje tot aan haar puntige elfenoren.
“Bedankt,” zei ze, zenuwachtig aan haar haarsliertje draaiend. Ik werd me bewust van het feit dat mijn zusje nog steeds mijn hand vasthield. En dat mijn bruine broek helemaal niet goed was, in het verbergen van een ongewilde, en tamelijk ongepaste, broederlijke erectie.
Ik veranderde maar snel van onderwerp.
“Dus, waarheen nu?” vroeg ik.
“Ik denk dat we de rest van ons gezelschap moeten opsporen,” zei Wipke.
In een reflex wierp ik een blik op mijn telefoon. Ik zag dat Jaap mij een app had gestuurd.
“Bij een voorstelling,” appte hij. Alsof dat ook maar iets hielp.
“Welke?” appte ik terug. Geen antwoord.
“Nou, hier blijven staan lost niets ook op,” zei Wipke. Ze sloot haar ogen en rimpelde haar neusje. Het zag er heel schattig uit als ze dat deed.
“Mijn gevoelige elfenzintuig zegt … die kant op!”
Wipke giechelde en sleepte me mee, naar een rij kleine stalletjes. Ze hadden de gebruikelijke meuk, geneeskrachtige kristallen, met de hand geverfde shawls en wiskundige puzzels. Wipke pingpongde van het ene stalletje naar het andere, helemaal in de ban van alle prullaria en totaal door dat alles afgeleid. Ze was dan wel gekleed als een elfje, maar het voelde meer als achter een honingbij aanlopen.
Ik keek lusteloos naar sommige voorwerpen, maar meestal volgde ik mijn zusje maar een beetje. Het studentenleven had me veel dingen gegeven, maar geld was daar niet een van. Mijn beperkte budget voor deze dag was gereserveerd voor bier en met dat in gedachten leek zelfs een halsketting, die eeuwige liefde beloofde voor een tientje, mij te duur.
“Wil je daarmee soms een bepaalde jongedame betoveren?” vroeg Wipke plagend, over mijn schouder leunend. Ik had niet eens gevoeld dat ze mij besloop, terwijl ik aandachtig naar de roze steen van die halsketting staarde. Ik voelde mijn gezicht helemaal rood worden.
“Je weet best dat ik een beetje verliefd ben,” zei ik. “Maar het is geen domme schoolverliefdheid of zoiets.”
Wipke schudde moedeloos haar hoofd en liep naar een ander stalletje. Ik pakte mijn telefoon. Jaap had me eindelijk terug geappt.
“Een of andere acrobaat. Is al afgelopen. Zien we elkaar bij het eethuis?”
Ik stuurde hem een duim omhoog en keek naar Wipke. We hadden een kaart van het terrein gekregen toen we binnenkwamen en daarop zag ik dat er een eethuis in middeleeuwse stijl was, op korte afstand van waar we nu waren. Om de een of andere reden pakte mijn zus mijn hand alweer vast en we liepen samen over de onverharde paden.
We gingen een hoek om en liepen over een groot grasveld, grotendeels tot modder vermalen door de vele voeten die eroverheen liepen. Hier en daar staken er nog plukjes gras uit, als kleine groene heuveltjes. Aan de ene kant stonden picknicktafels opgesteld, Aan de andere kant was een lange rij kraampjes met allerlei voedsel.
Het was er druk, vol feestvierders, en ik dacht dat we het moeilijk zouden krijgen om onze vrienden te vinden.
Maar ik merkte Julia meteen op!
Ze zag er nog net zo mooi uit als ik me herinnerde, met volle lippen, een hartvormig gezicht en opvallende blauwe ogen. Haar blonde haar was langer geworden, sinds ik haar voor het laatst had gezien, en ze droeg het in twee gebloemde vlechten. Ze had een soort Tiroler jurkje aan, met en een soort boezeroen van babyblauw. Haar grote borsten zagen er bijzonder aantrekkelijk uit in die outfit.
Zodra ik Julia en mijn oude vrienden aan een van de picknicktafels zag zitten, liet ik Wipke’s hand los en rende erheen.
“Daar is hij eindelijk!” riep Theo, toen hij me zag aankomen. Hij was gekleed als een ridder, zijn dikke buik rekte zijn leren harnas, uit op een manier die bijna pijnlijk leek.
“Nou, dat heeft lang geduurd,” zei Jaap mopperend. Hij zag er niet veel anders uit dan toen we nog op de middelbare school zaten, helemaal in het zwart gekleed met permanent norse ogen. Ik kon zien dat hij op het punt stond om weer een epische monoloog te beginnen, over hoe ik de groep had verraden, door veel te laat te komen, toen hij mijn zusje zag en stokstijf bleef staan staren.
Zowel Jaap als Theo kenden Wipke wel. Ze hadden allemaal samen toneel gespeeld op de middelbare school. Maar nu staarden ze haar aan, alsof ze haar nooit eerder hadden gezien. Alsof zij een visioen van onaardse schoonheid was, ontsnapt uit een sprookjesachtige, mystieke wereld. Ja verdorie, zelfs Julia leek aan de grond genageld.
“Hoi Wipke,” zei Jaap.
“Mooie outfit, meid!” zei Julia.
Wipke, plotseling verlegen, ging aan de tafel zitten, haar staf onder de bank leggend. “Dag allemaal,” zei ze.
“Waar is Willem?” vroeg ik, in een poging de aandacht van mijn zusje af te leiden.
“Wat?” Jaap schrok op, alsof ik hem uit een droom had gewekt. “Oh, die is bier voor ons gaan halen.”
Alsof we hem hadden geroepen, verscheen mijn beste vriend Willem met een dienblad vol plastic bekers, allemaal gevuld met een schuimende, gouden vloeistof. Mijn vriend Willem, vroeger een beetje een bonenstaak, was in een stoere eik veranderd, sinds ik hem voor het laatst had gezien. Zijn bruine, gekrulde haar droeg nog bij aan zijn lengte. Maar hij was niet alleen maar lang! Zijn lichaam was nu opgevuld, waardoor hij nu echt imposant was. Hij schonk ons zijn gebruikelijke glimlach, terwijl hij het dienblad met bier op tafel zette.
“Ik heb er ook maar eentje meegenomen voor Wipke,” zei Willem. “Ik hoop dat dat goed is.”
Einde deel 1