Baiser volé (deel 4)

Le Choix Inévitable

De ochtend na de nacht met Vincent voelde anders, lichter, alsof de lucht in huis minder zwaar was. De zon scheen door de gordijnen, een warme gloed op de keukentafel waar Liam vrolijk in zijn kinderstoel zat, zijn handjes kleverig van de jam. Vincent stond bij het fornuis, een zeldzaam zicht, terwijl hij eieren bakte. De geur van versgebakken brood en koffie vulde de ruimte, en ik voelde een sprankje hoop, een echo van hoe het vroeger was. Dit is wat ik wil, toch? dacht ik, terwijl ik naar Vincent keek, zijn schouders ontspannen, een zachte glimlach om zijn mond terwijl hij met Liam kletste over de vorm van zijn boterham. Dit is mijn gezin. Dit is thuis. Maar zelfs terwijl ik dat dacht, flitste Max’ gezicht door mijn hoofd, zijn kalme ogen, zijn handen op mijn huid in de duinen. Een steek van schuld prikte in mijn borst, en ik duwde de gedachte weg, vastbesloten om me te richten op dit moment.

“Wat denk je, zullen we vandaag naar het park?” vroeg Vincent, terwijl hij een bord voor me neerzette. Zijn stem was warm, bijna speels, een toon die ik lang niet had gehoord. “Een picknick, misschien? Liam op de schommel, wij op een kleedje in het gras?” Hij keek me aan, zijn ogen zoekend, alsof hij mijn reactie wilde peilen. Ik glimlachte, een echte glimlach, en knikte. “Klinkt perfect,” zei ik, mijn stem zachter dan ik bedoelde. Waarom voelt dit zo goed, maar ook zo fragiel? dacht ik. Alsof ik op een koord balanceer, bang om te vallen.

Die middag in het park was als een scène uit een ander leven. Liam rende naar de schommel, zijn lach galmde over het grasveld. Vincent duwde hem, zijn handen stevig om de kettingen, terwijl hij overdreven kreten slaakte om Liam aan het giechelen te krijgen. Ik zat op een kleedje, een picknickmand naast me, de zon warm op mijn gezicht. Vincent kwam naast me zitten, zijn hand vond de mijne, zijn vingers verstrengelden zich met de mijne. “Ik heb dit gemist,” zei hij zacht, zijn ogen op Liam gericht, maar zijn woorden voor mij. “Ons. Samen.” Ik kneep in zijn hand, mijn hart zwol op. Dit is wat ik wil. Dit is genoeg. Maar zelfs terwijl ik dat dacht, voelde ik een schaduw over me heen vallen, een onrust die ik niet kon negeren. Max. De duinen. De warmte van zijn aanraking. Waarom laat hij me niet los?

Maandag bracht de vertrouwde routine terug. De ochtendspits, Liam naar de kinderopvang, de chaos van een nieuwe werkweek. Ik had mezelf voorgenomen Max te vermijden, mijn hoofd koel te houden, me te richten op Vincent en ons huwelijk. Maar toen ik Liam afzette, stond hij daar, zijn zoontje aan de hand, een emmertje bungelend aan zijn kleine vingers. Max’ ogen vonden de mijne, en de lucht leek te knisperen, een onzichtbare draad die ons verbond. “Morgen,” zei hij luchtig, maar zijn blik was intens, vol onuitgesproken vragen. Mijn keel kneep dicht. Niet nu. Niet hier. “Morgen,” mompelde ik, terwijl ik Liam’s jasje rechttrok en naar de uitgang liep. Mijn hart bonkte in mijn borst terwijl ik naar mijn bakfiets sprintte, alsof ik kon ontsnappen aan de aantrekkingskracht die hij op me had. Waarom heeft hij nog steeds zo’n effect op me? Ik heb Vincent. Ik heb ons. Waarom is dat niet genoeg?

Thuis, achter mijn laptop, probeerde ik me te focussen op mijn werk. E-mails, spreadsheets, deadlines. Maar mijn gedachten dwaalden steeds af. De duinen. Zijn handen. De warme golf van genot die door me heen was getrokken. Mijn wangen brandden bij de herinnering, en ik voelde een schuldige tinteling in mijn onderbuik. Hou op. Dit is niet wie je bent. Ik dwong mezelf een glas water te drinken, mijn adem te reguleren, maar toen trilde mijn telefoon. Een bericht van een onbekend nummer. Mijn maag trok samen. Nee. Alsjeblieft niet. Ik opende het bericht, mijn vingers beefden.
“Ik hoop dat dit niet te brutaal is,” schreef Max. “Ik heb je nummer via een andere ouder gekregen. Ik kan je niet uit mijn hoofd krijgen. Kunnen we praten? Alleen praten.” Zijn woorden waren als een vlam die mijn zorgvuldig opgebouwde muur dreigde te verbranden. Ik staarde naar het scherm, mijn hartslag luid in mijn oren. Negeer het. Verwijder het. Dit is een fout. Maar mijn vingers hadden een eigen wil. “Morgen, koffietentje, 10 uur,” typte ik, en ik drukte op verzenden voor ik mezelf kon stoppen. Wat doe ik? Waarom doe ik dit?

De volgende ochtend fietste ik naar het koffietentje, mijn maag een knoop van zenuwen. Het was hetzelfde charmante huisje, de lavendel en goudsbloemen nog steeds in bloei, de geur van versgemalen koffie verwelkomend. Max zat al aan een tafeltje, zijn handen om een mok koffie, zijn ogen gericht op de deur. Toen hij me zag, lichtte zijn gezicht op, een glimlach die mijn knieën zwak maakte. Niet doen. Je bent hier alleen om te praten. “Hey,” zei ik, terwijl ik tegenover hem ging zitten, mijn handen friemelend aan mijn tas. “Hey,” antwoordde hij, zijn stem warm, kalmerend, zoals altijd. “Fijn dat je er bent.”

Het gesprek begon onschuldig. Hij vroeg naar Liam, naar mijn werk, en ik antwoordde beleefd, mijn antwoorden kort, mijn ogen op mijn cappuccino gericht. Maar toen begon hij over zichzelf, zijn stem zachter, kwetsbaarder. “Mijn relatie… het is niet meer wat het was,” zei hij, zijn ogen op de tafel gericht. “We leven langs elkaar heen. Ik doe mijn best, voor mijn zoon, maar soms voelt het alsof ik mezelf kwijt ben. Jij… jij bent de enige die me echt ziet.” Zijn hand gleed over de tafel, zijn vingers streken kort over de mijne. Een schok trok door me heen, dezelfde sensatie als in de duinen. Dit is gevaarlijk. Stop dit. Maar ik trok mijn hand niet terug. “Ik snap het,” fluisterde ik, mijn stem onvast. “Ik voel dat ook. Alsof ik mezelf niet meer ken.” Waarom vertel ik hem dit? Waarom laat ik hem zo dichtbij?

Ik voelde mijn wangen rood worden, mijn hartslag versnelde. Zijn woorden, zijn aanraking, ze trokken me naar een plek waar ik niet wilde zijn, maar toch niet kon weerstaan. Dit is niet alleen praten. Dit is spelen met vuur. Ik schoof mijn stoel iets naar achteren, probeerde afstand te creëren, maar mijn lichaam leek zijn eigen plan te hebben. “Ik moet sterk zijn,” zei ik, meer tegen mezelf dan tegen hem. “Voor mijn gezin. Voor Vincent.” Max knikte, zijn ogen zacht maar vol verlangen. “Ik weet het,” zei hij. “Maar ik zie hoe je worstelt. En ik wil er voor je zijn, zelfs als het alleen als vriend is.” Zijn woorden waren een troost, maar ook een val, een uitnodiging om verder te glijden in iets wat ik wist dat ik niet moest willen. Ik slikte, mijn keel droog, en dwong mezelf op te staan. “Ik moet gaan,” zei ik, mijn stem trillerig. “Maar… dank je. Voor het luisteren.” Waarom voelt dit als afscheid en een begin tegelijk?

We praatten langer dan ik van plan was, de minuten tikten weg, de ruimte tussen ons geladen met een spanning die ik niet kon negeren. Toen we opstonden om te vertrekken, liepen we naar het krappe halletje bij de uitgang, dezelfde plek waar onze eerste kus was geweest. De geur van koffie en gebak hing nog in de lucht, de ruimte voelde kleiner, intiemer. Max stond dichtbij, te dichtbij. “Ik heb hier de hele week aan gedacht,” zei hij, zijn stem laag, zijn ogen op de mijne. Voor ik kon antwoorden, leunde hij voorover, zijn lippen vonden de mijne, dringender deze keer, hongeriger. Mijn verstand schreeuwde dat ik moest stoppen, maar mijn lichaam reageerde instinctief, mijn handen grepen zijn shirt, mijn lippen beantwoordden zijn kus. Dit is verkeerd. Dit is zo verkeerd.

Voor ik het wist, trok ik hem mee, een impulsieve, roekeloze beweging van pure lust. Achter het halletje was een kleine voorraadkamer, de deur op een kiertje. Ik duwde hem open, mijn hart bonzend, mijn gedachten een chaos. De ruimte was krap, stoffig, met dozen en kratten tegen de muur gestapeld. Max drukte me tegen de kratten. Zijn lippen op mijn nek. Handen onder mijn blouse. Mijn adem stokte. Lichaam beefde. Verlangen. Hij trok mijn broek omlaag. Net genoeg. Zijn vingers vonden me. Snel. Bedreven. Precies wat ik nodig had. Ik beet op mijn lip. Geen geluid. De spanning, verborgen, laaide op. Hij draaide me om. Handen op kratten. Lichaam gebogen. Mijn naam, hees gefluister. Zijn stem rauw. Puur verlangen. Ik voelde hoe zijn geslacht bij mij binnendrong. De bewegingen kort en krachtig. Een wanhopige explosie van lust. De geur van zijn aftershave vermengde zich met de muffe lucht van de voorraadkamer, een scherpe mix die mijn zintuigen opslokte. Het zachte gerinkel van kopjes uit het koffietentje drong vaag door de muur, een constante herinnering aan het risico. Wat als iemand ons gehoord heeft? Wat als de deur opengaat? De spanning van ontdekking wond me op, maar joeg ook een koude rilling over mijn rug.

Toen hij dieper in me drong, veranderde er iets. De rauwe, opwindende lust maakte plaats voor een ijzingwekkende helderheid. Dit was niet zomaar een gestolen moment; dit was spelen met vuur, en ik realiseerde me de implicaties. Mijn lichaam beefde nog steeds, maar nu van een andere spanning, een bewuste daad van overgave die niets meer met lust te maken had. Ik wilde dat hij zich volledig in me leegde, dat dit moment definitief zou zijn, een stempel op mijn ziel. Ik bewoog mijn heupen mee, dwingender, mijn lichaam dat hem nu leidde, hem verleidde tot een climax die hij nog nooit had gekend. Zijn adem werd zwaarder, zijn stoten dieper en sneller, mijn naam ontsnapte als een grom aan zijn lippen. Ik voelde de warme golf van zijn zaad in me, een intieme, bijna schokkende sensatie die mijn lichaam deed sidderen. Het trok door mijn onderbuik, een pulserende hitte, terwijl zijn adem heet en onregelmatig tegen mijn schouder blies. Zijn handen grepen mijn heupen steviger, een laatste stoot, en een golf van genot overspoelde me, vermengd met een holle, knagende leegte. Het was alsof ik hem volledig in me had opgenomen, niet uit verlangen, maar uit een vreemde vorm van controle.

Toen hij zich terugtrok, voelde ik zijn warme sperma langs mijn bovenbenen druipen, een trage, kleverige sensatie die me terugbracht naar de realiteit. Haastig trok ik mijn slipje en broek omhoog, mijn vingers trilden terwijl ik probeerde verder lekken te voorkomen. Mijn wangen brandden, niet alleen van opwinding maar van schaamte. Wat heb ik gedaan? Dit is niet wie ik ben.

Na afloop was de stilte zwaar, ongemakkelijk. Ik trok mijn kleren recht, mijn handen trilden. Max probeerde mijn hand te pakken, maar ik trok me terug. “Dit kan niet meer,” zei ik, mijn stem brak. “Ik heb een gezin, Max. Ik wil Vincent niet kwijt.” Mijn ogen vulden zich met tranen, een mengeling van schuld en vastberadenheid. Hij knikte, zijn ogen vol pijn maar ook begrip. “Ik weet het,” zei hij zacht. “Maar als je ooit…” Ik schudde mijn hoofd. “Nee,” zei ik, resoluter nu. “Dit was een fout.” Ik draaide me om en liep weg, mijn benen zwaar, mijn hart in een knoop. Ik heb een keuze gemaakt. Vincent. Ons gezin. Maar waarom voelt het dan alsof ik iets verlies?

Thuis, die avond, voelde ik me als een geest in mijn eigen huis. Vincent was thuis, speelde met Liam op de grond, een toren van blokken omvallend onder Liam’s enthousiaste gegil. Ik glimlachte, maar het voelde geforceerd, een masker dat ik droeg. Vincent keek op, zijn ogen vonden de mijne. “Alles oké?” vroeg hij, zijn stem voorzichtig, zoekend. Ik knikte, maar mijn maag kneep samen. Hij ziet het. Hij weet dat er iets mis is.
Tijdens het eten was ik afwezig, mijn gedachten een wirwar van Max, de voorraadkamer, en de belofte die ik aan Vincent had gemaakt. Toen Liam sliep, trok Vincent me op de bank tegen zich aan. “Wat is er?” vroeg hij, zijn hand strelend over mijn rug. “Je bent ergens anders.” Ik wilde alles opbiechten, de waarheid eruit gooien, de leugen die als een steen op mijn borst lag wegnemen. Maar de woorden bleven steken, mijn keel dichtgeknepen door angst. Wat als hij me verlaat? Wat als ik alles kapot maak? In plaats daarvan leunde ik voorover en kuste hem, wanhopig, alsof ik mezelf wilde bewijzen dat hij genoeg was.

Onze kussen werden dieper, hongeriger, een rauwe rand aan de manier waarop onze lippen elkaar vonden, alsof we de verloren tijd wilden inhalen. Mijn handen grepen zijn heupen, en ik trok hem met me mee, mijn hart bonzend van een vastberadenheid die ik lang niet had gevoeld. De deur van de slaapkamer sloot zachtjes achter ons, een zilveren gloed van de straatlantaarn viel door de halfopen gordijnen over het bed, onze schaduwen groot en dansend op de muur. Ik trok zijn shirt van zijn lijf, mijn vingers streelden over de harde lijnen van zijn borstkas, het borsthaar kriebelend onder mijn handpalmen. Ik duwde hem zachtjes op het bed, hij landde met een zachte plof op de matras. Terwijl hij daar zat, zijn ogen brandend van verlangen, trok ik langzaam mijn kleren uit. Traag en doelbewust. Mijn broek, de stof nog wat schurend tegen mijn huid, liet ik over mijn heupen zakken. Mijn slipje volgde, en ik zag de droge, lichte veeg van Max’s opgedroogde zaad. Het herinnerde me aan de ochtend, een stil bewijs van wat er was gebeurd. Beide kledingstukken liet ik op de grond vallen, een stille, bewuste daad om het achter me te laten.

Mijn huid tintelde onder zijn blik, zijn ogen volgden elke ronding, elke beweging. Ik voelde me naakt, krachtig, een vrouw die wist wat ze wilde. Mijn lichaam gloeide, mijn borsten zwaar en vol van verwachting, mijn schaamstreek kletsnat van opwinding, terwijl ik naar hem toe stapte. Zijn handen grepen mijn heupen, stevig, maar vol tederheid. Ik duwde zijn gezicht zachtjes tegen mijn onderbuik, zijn stoppels schurend tegen mijn gevoelige huid. Zijn warme adem streek over mijn schaambeen, stuurde een siddering door mijn ruggengraat, een scherpe golf van lust die mijn dijen deed trillen.

Ik liet me op mijn rug op het bed vallen, mijn benen uitnodigend gespreid. Vincent klom over me heen, zijn lichaam breed en zwaar, geheel volgend op mijn stille uitnodiging. Geen Max, geen duinen, geen stiekeme voorraadkamer… alleen Vincent, zijn ogen brandend van liefde en een diepe, vertrouwde lust, zijn handen die mijn lichaam claimden. “Jij bent van mij,” fluisterde ik, terwijl ik mijn armen om zijn nek sloeg, hem dichterbij trekkend.

Hij drong in me, langzaam maar met een kracht die alleen hij kon bieden, zijn geslacht vulde me, mijn binnenste oprekkend en volledig ontvankelijk om hem heen. Elke stoot was een diepe golf van genot, mijn lichaam schokkend onder hem, mijn borsten wiegend bij elke beweging. Ik voelde hoe mijn binnenste hem opslokte, hoe mijn spieren zich om hem heen klemden, mijn sappen glinsterend langs mijn dijen. Mijn vingers gleden naar mijn clitoris, wrijvend in een ritme dat paste bij zijn stoten, terwijl ik zijn geslacht voelde glijden, pulserend, mijn vlees volledig vullend. Boven me zag ik zijn geconcentreerde gezicht, zweetdruppeltjes glinsterend op zijn voorhoofd. Mijn blik gleed naar beneden, naar zijn brede borstkas, bedekt met borsthaar, die zich ritmisch boven mijn opgezwollen borsten bewoog. Ik voelde de zachte, maar zekere, opvulling van mijn lijf, hoe ik steeds natter en ontvankelijker voor hem werd. Ik legde mijn hand plat over mijn schaamstreek en ik voelde zijn geslacht tussen mijn wijs- en middelvinger door naar binnen glijden, diep in mij. De beweging trok mijn vingertoppen zachtjes mee. Ik keek weer naar boven en zag aan zijn gezicht dat hij ging komen. De geur van zijn zweet, zout en mannelijk, vermengde zich met de muskus van onze lichamen, een bedwelmende mix die mijn hoofd vulde.

Ik liet mijn kreunen luider worden, wetende dat dit hem opwond. Zijn ademhaling ging over in diepe, tevreden zuchten. Zijn stoten werden sneller, harder, maar vol overgave. Toen hij klaarkwam, voelde ik de hete golf van zijn zaad, een pulserende stortvloed die mijn onderbuik vulde, mijn spieren samentrekkend in een orgasme dat mijn lichaam deed schokken. Mijn vingers voelden zijn geslacht pulseren, zijn sperma vermengd met mijn eigen vocht, warm en glibberig langs mijn vingers naar buiten. Hij bleef stoten, zijn orgasme lang en krachtig, alsof hij zichzelf volledig in me leegde, zijn liefde en lust nu één met mijn gekozen overgave.

Hij zakte boven op me, zijn adem heet tegen mijn nek, terwijl mijn handen over zijn rug gleden, mijn vingers de contouren van zijn spieren volgend over zijn bezwete huid. Dit was thuis, dit was waar ik hoorde, in zijn armen, gevuld door hem, gemarkeerd door zijn liefde. Toen hij zich terugtrok, voelde ik de warme stroom van zijn zaad langs mijn dijen en billen, mijn lichaam ontspannen, mijn hart bonzend.

Voor de tweede keer vandaag was een man in me klaargekomen, had een man mij genomen. Maar de tweede keer was anders. Max had me gevuld met pure, dierlijke lust, zijn sperma een vluchtige vlam in de voorraadkamer. Vincent had me gevuld met liefde, zijn sperma een warme, diepe belofte die mijn lichaam en ziel beroerde.
Terwijl ik daar lag, zijn ademhaling langzaam rustiger wordend, dacht ik aan Max. Niet met schuld, maar met een stille erkenning. Max was een spiegel geweest, een vlam die mijn slapende verlangens had gewekt. Hij had me laten zien dat ik nog steeds een vrouw was, vol kracht, sensualiteit en passie. In zijn ogen had ik mezelf teruggezien, niet alleen de vermoeide moeder of de gestreste echtgenote, maar de vrouw die ooit nachtenlang discussieerde over humanisme, die lachte om foute versierpogingen, die leefde met een vuur dat ik dacht verloren te hebben. Max had me die versie van mezelf teruggegeven, en hoewel ik hem losliet, droeg ik dat vuur nu in me. Het was geen verraad aan Vincent, maar een geschenk aan mezelf, een herinnering dat ik meer was dan mijn rollen. Met dat besef kon ik kiezen voor Vincent, niet uit plicht, maar uit liefde. Voor hem, voor Liam, en vooral voor wie ik opnieuw wilde zijn.

Ik trok mijn nachthemd aan, mijn bewegingen loom, terwijl Vincent naast me ging liggen, zijn arm zwaar om me heen. Onze lichamen pasten perfect, een stille eed dat dit ons moment was, ons nieuwe begin. Maar terwijl Vincent sliep, zijn ademhaling rustig, lag ik wakker, starend naar het plafond. De duinen, de voorraadkamer, Max’ ogen… ze achtervolgden me. Ik heb een keuze gemaakt. Vincent. Ons gezin. Maar de schaduw van Max bleef, een stille vraag in mijn hart. Kon ik mijn huwelijk volledig omarmen, met al zijn imperfecties? Of zou de verleiding van Max, van dat andere leven, me blijven opslokken? De vraag hing in de lucht, een stille strijd in mijn hart, terwijl ik mijn best deed om de vrouw te zijn die ik wilde zijn. Voor Vincent, voor Liam, maar vooral voor mezelf.

Epiloog: Une Nouvelle Saison

Vier maanden later stond ik in de tuin, de herfstzon zacht op mijn gezicht, terwijl ik Liam hielp een hoop bladeren bij elkaar te harken. Zijn kleine handen grepen de hark, zijn lach vulde de lucht toen een windvlaag de bladeren weer uiteen blies. “Mama, ze vliegen!” riep hij, zijn ogen sprankelend van plezier. Ik lachte, mijn hart lichter dan het in lange tijd was geweest. De tuin geurde naar aarde en verwelkte bladeren, een vertrouwde, aardse geur die me grondde. Vincent zat op het terras, een mok thee in zijn handen, zijn ogen op ons gericht. Een glimlach speelde om zijn lippen, een stille bevestiging van ons nieuwe ritme.

De afgelopen maanden waren een dans geweest, soms onhandig, soms gracieus. Vincent had woord gehouden. Hij was vaker thuis, niet alleen fysiek, maar met zijn hart. We praatten weer, echt praatten, over dromen, angsten, en de kleine dingen die ons ooit zo dicht bij elkaar brachten. Vorige week hadden we samen een cursus opgepakt, iets eenvoudigs, Italiaans koken, en terwijl we lachten om onze mislukte ravioli, voelde ik een vonk van wie we ooit waren. Toch was er een schaduw, een stille echo van Max. Ik zag hem soms bij de kinderopvang, altijd op afstand, zijn ogen kort de mijne vindend voor hij wegkeek. Geen woorden, geen koffietentjes meer, alleen een stilzwijgende erkenning van wat geweest was. Het deed pijn, maar het was een pijn die ik nu kon dragen.

Ik had een schriftje gekocht, klein, met een leren kaft, en begon te schrijven. Geen dagboek, maar flarden van gedachten, herinneringen aan mijn studietijd, ideeën voor een toekomst die ik nog niet helemaal kon zien. Het was mijn ruimte, een plek om de vrouw te zijn die ik opnieuw ontdekte. Max had me dat vuur teruggegeven, een vlam die ik nu zelf voedde, niet met gestolen momenten, maar met kleine daden voor mezelf. Een wandeling alleen, een boek dat ik las in de stilte van de avond, een moment om te ademen. Vincent merkte het, denk ik. “Je straalt weer,” zei hij laatst, zijn hand op de mijne, en ik glimlachte, wetend dat het waar was.

Liam rende naar me toe, een verkreukeld blad in zijn hand. “Voor jou, mama!” zei hij, en ik knielde om hem te omhelzen, zijn warme lijfje tegen me aan. Vincent stond op, liep naar ons toe, en sloeg zijn armen om ons beiden. We stonden daar, een drie-eenheid, omringd door dwarrelende bladeren. Toch, terwijl ik zijn warmte voelde, flitste een vraag door mijn hoofd, zo snel dat ik hem bijna miste. Was dit genoeg? De vraag was niet nieuw, maar nu voelde hij anders – niet als een dreiging, maar als een uitnodiging. Een uitnodiging om te blijven groeien, om mijn vuur te blijven voeden, binnen de liefde van mijn gezin. Ik keek naar Vincent, zijn ogen vol tederheid, en naar Liam, zijn lach een belofte van morgen. Dit was mijn thuis, mijn anker, maar ik wist nu dat ik ook mezelf mocht zijn, altijd.

Wat vond je van dit verhaal?

Aantal stemmen: . Gemiddeld cijfer:

Nog geen cijfer, ben jij de eerste ?

Geschreven door Gemini

Hoi! Fijn dat je een kijkje neemt bij mijn verhalen. Ik schrijf graag over de complexe kanten van liefde en connectie. Laat me vooral weten wat je ervan vindt! Liefs.

PS: Wil je persoonlijke feedback geven, me een berichtje sturen of heb je een verzoek voor een verhaal? Mail dan naar pixpoxy12@gmail.com.

Dit verhaal is 7784 keer gelezen.
Reageren? Leuk! Houd het aub on topic en netjes, dankjewel!

8 gedachten over “Baiser volé (deel 4)”

    • Net niet, misschien niet helemaal maar keuzes maken is belangrijk. Heb ik ook gedaan 😉

Plaats een reactie