Een lang(-zaam) verhaal waar na het verhuiswerk tijd is voor de collega’s om elkaar tegen te komen, ieder op zijn eigen, fijne geile manier.
Afhaalchinees
Tijdens het uitpakken van de dozen komt meneer Tashev langs. “Is er nog iets bijzonders gebeurd vandaag?” vraagt hij zonder stil te houden. “Nee hoor meneer Tashev, hoe was het op de golfbaan.” “Fijn, fijn. Niet meer laten opbellen alstublieft” en de deur van zijn kantoor slaat dicht. Annette en Yvonne werken nu elk op hun eigen kamer terwijl ArendJan de rommel de deur uit doet. Een uurtje later komt meneer Tashev zijn bureau weer uit, beent langs de kantoortjes en roept, tegen niemand in het bijzonder: ”Ik dacht dat jullie wel klaar zouden zijn! En doe de muziek wat zachter! Volgens mij nemen jullie het er van als ik weg ben.”
Gevolgd door de buitendeur die in het slot valt. “We hebben de hele dag doorgewerkt, meneer Tashev ” zegt ArendJan terwijl hij de gang op stapt om er achter te komen dat hij tegen niemand praat. “Godvrde…wat een hork zeg!” Dan kijkt hij bij Yvonne op kantoor. “Ik denk dat ik wat chinees ga halen. Wil je ook wat?” Yvonne knikt en vraagt om een loempia en een blikje bier. “Ik kijk ook even bij Annette” Yvonne staat op van de kast waarvoor ze geknield was en kijkt ArendJan: “dat doe je toch de hele dag al, stoute jongen!” “Ik een stoute jongen? Denk je dat het gaat lukken vanmiddag? Ik ben wel een beetje onzeker, juffrouw van de Kamp.” Yvonne plaagt hem door nu zelf eens de laatste zin te herhalen: “ben wel een beetje onzeker, juffrouw van der Kamp…. Kom óóóp, ArendJan! Ik zei toch dat dit gaat lukken. Ik zorg dat Annette er klaar voor is, en jij komt over de brug.” “Oh, ja; ik kom over de brug. Ik zal er aan denken.”
Dan stapt hij bij Annette binnen. Die vult net de bovenste plank van haar nieuwe kast. Hij ziet de toch al lange en slanke meid naar de bovenste plank reiken. Als een slaafje van zijn eigen hitsigheid kan hij zijn collega alleen zien met de ogen van een opgewonden vent. Van een wat oudere collega die net met een gewiekst collegaatje geregeld heeft dat hij voor geld deze lekkere meid mag afpalen. Alleen weet zij dat nog niet! Het donkerblauw sportbroekje toont door het omhoog reiken van Annette een goed profiel. “Uhhh, juffrouw Beukelaar, ik ga chinees halen. Wil je ook wat?” en verschrikt kijkt Annette op van haar werk. “Eh ja, lekker! Neem maar iets waar jij ook zin in hebt, ArendJan. Je weet vast wel wat lekker is. Dat wil ik dan ook wel.” En ze laat er een glimlach op volgen die het midden houdt tussen verlegen en beschaamd. (“Wat zeg ik nú weer! Straks denkt hij dat ik iets dubbelzinnigs bedoel) “Ik bedoel ArendJan, als jij het neemt vindt ik het vast ook goed. Maar niet teveel. Oh, en doe er maar een spaatje bij.” Arme ArendJan hoort alleen maar wat hij wil horen.
Een klein halfuurtje later is hij terug met het eten. Hij pakt het netjes uit op de nieuwe tafel in het keukentje. Eindelijk een flinke tafel waar je met zes aan kunt zitten. Netjes wordt de lunch neergezet met drie blikjes bier; elk één. Yvonne is bij Annette op kantoor. Ze helpt haar de laatste doos te legen. Een paar keer legt ze haar arm Annette’s schouder en fluistert haar wat toe. De ene keer “straks gaat ’t kantoor op slot; zijn we alleen, meisje!” Annette reageert. Ze kijkt Yvonne aan met grote vragende ogen. “Jaaa, leuk man!” zegt ze. Daarna: “heb je er al wat zin in, om ’t goed te maken met ArendJan? Ik bedoel, je hebt al ja gezegd en hij rekent er nu wel op, hoor!”
Annette knikt terwijl ze een stapeltje dossiers recht schuift. Dan zegt ze met twijfel in haar intonatie: “Jaaa, dat wel.” “Wat dan niet, meisje. Zeg het maar tegen mij.” Yvonne vleit zich tegen Annette aan en hun wangen raken elkaar lichtjes. Een lichte rilling gaat door Annette en ze voelt zich warm en veilig. “Nou gewoon, of het wel leuk is. Of hij mijn excuses wel wil op die manier?”
Yvonne gniffelt en draait Annette een beetje zodat ze nu tegen over elkaar knielen. Ze kijkt Annette diep in haar ogen en fluistert een beetje hees: “Annette, het is hartstikke lief van je wat je wilt doen en ik weet zeker dat ArendJan dat de beste excuses vindt die hij kan krijgen. Geloof mij nou maar, ik weet er meer van!” en ze kust Annette zachtjes maar beslist op haar mond.
Dan galmt het “ETEN!” door de gang en terwijl Annette de warmte van de kus nog voelt staan de beide dames op. Ze lopen door het gangetje naar de tafel en gaan zitten. “Eet smakelijk dames, we zijn er wel aan toe, dacht ik” ze beginnen te eten en Annette, die niet goed tegen alcohol kan kijkt naar haar blikje Grolsch: “ze hadden geen spaatje” liegt ArendJan. Tijdens het eten wordt er wat gepraat. ArendJan heeft de chef gevraagd en de deur mag op slot als er maar een keurig bordje op de deur komt. Dat heeft hij al gemaakt. Yvonne vraagt of het al op de deur hangt. Dat mag pas om 4 uur en je kent de chef!
Annette vraagt onverwacht: “kenden jullie die Rutger die hier vandaag was?” ArendJan is te druk met eten en hoort de vraag niet maar Yvonne doet net of ze niets heeft gehoord. Als Annette de vraag herhaalt kijkt Yvonne op van haar loempia en kijkt als of ze van niets weet. “Hoezo?” klinkt het neutraal terwijl ze Annette fronsend en nee schuddend aankijkt. Die krijgt het signaaltje niet helemaal mee en gaat door: “Nou ik dacht’t misschien. Omdat jullie elkaar leken te kennen. Daarom.” Nu bemoeit ArendJan zich er ook mee. “omdat jullie elkaar leken te kennen. Hoe bedoel je dat?” Yvonne voelt waar het gesprek ongemerkt heengaat terwijl Annette dat zelf niet in de gaten lijkt te hebben. “Nee, ik was trouwens ergens anders geloof ik. Jij misschien juffrouw van der Kamp?” “Mmm, toen we het kantoor bekeken waar ze morgen gaan beginnen dacht ik even dat ik hem ergens eerder had gezien. Maar ik weet niet meer waar.”
Annette doet een laatste poging: “En hij dan, kende hij jou ergens van misschien?” Yvonne wordt een beetje hopeloos en zegt: “vraagt het hem dan” en drinkt haar biertje verder. ArendJan ruimt de papieren van het eten op is even de kamer uit, naar de afvalton die beneden staat. “Ik heb het hem gevraagd, Yvonne. Hij zei van de sauna Countryclub maar die ken ik helemaal niet!” Yvonne beslist dat ’t anders moet: “Okee, ik neem je daar wel eens mee heen, okee? Vindt je vast wel leuk. Nou, drink je biertje op!” Annette drinkt haar biertje op. “Dus daar ken je hem van.” Dan komt ArendJan weer terug: “Jullie hoeven niet te betalen hoor, ik tracteer”. Yvonne staat op en knuffelt ArendJan: “Bedankt, lekkere teddybeer van ons!” en geeft hem een kus op de wang. Annette staat ook op en na Yvonne knuffelt zij ook de man, alleen nu omarmt hij zijn collega. Dat deed hij niet bij Yvonne. Die kijkt toe en denkt bij zichzelf; “Ik weet er meer van, vertrouw me.”
Alsof ze een heel nieuw onderwerp aansnijdt zegt Yvonne: “He jongens we hebben sinds eergister een douche, dus ik wou maar even douchen. Jij ook Annette? Moet je je sporttas even pakken, meid.” Annette gaat te veel op in haar omhelzing om het meteen te horen. Wel hoort ze de ademhaling van ArendJan wat sneller gaan. Ook voelt ze zijn krachtige omhelsing, zijn temperatuur en de gretigheid waarmee hij haar vasthoudt. Ze maakt zich los met een glimlach en beweegt soepeltjes de kamer uit, nagekeken door een ArendJan met blosjes. Kennelijk komt ze iets te vlot terug met haar sporttas want ze ziet nog net hoe ArendJan zijn portemonnee terugsteekt in zijn broekzak.
Ook ziet ze Yvonne staan met een 100 euro briefje. Ze steekt het weg in haar tas. “Dat zal wel het afrekenen van de chinees zijn” denkt Annette een beetje verstrooid, te zeer uitkijkend naar haar douche. De lange warme werkdag en de opwindende momenten van strelen en knuffelen vandaag doen haar verlangen naar een frisse douche. Pas later realiseert Annete zich dat ArendJan tracteerde en dan nog had Yvonne hém moeten betalen en niet andersom. En zeker geen 100 euro. Later die avond zou ze zich realiseren wat hier aan de hand was. En dan zou het al gebeurd zijn.
En wat er al gebeurd zal zijn met Annette voor die honderd euro kun je wel raden, maar je kunt het ook lezen in het volgende verhaal.